Wij gebruiken op onze website cookies zodat u de website goed kunt gebruiken. Dit zijn analytische cookies en cookies van YouTube. Wilt u deze website bezoeken? Dan gaat u akkoord met het gebruik van deze cookies.

5 vragen over vlotbruggen

Publicatiedatum: 18 april 2025

Laatst gewijzigd: 18 april 2025

0 reacties

Over het Noordhollandsch Kanaal liggen 5 vlotbruggen: de Koedijkervlotbrug, de Rekervlotbrug, de Burgervlotbrug, de Sint Maartensvlotbrug en de vlotbrug bij ’t Zand.

Met uitzondering van de Koedijkervlotbrug zijn die bruggen in beheer bij de provincie Noord-Holland. Waarom liggen er vlotbruggen op deze plekken en geen andere bruggen? En hoe werken ze eigenlijk? Het antwoord op 5 prangende vragen.

1. Waarom liggen er vlotbruggen over het Noordhollandsch Kanaal?

Een aantal vlotbruggen over het Noordhollandsch Kanaal ligt er al net zo lang als het kanaal zelf: 200 jaar. Natuurlijk zijn het niet meer de oorspronkelijke bruggen. Die waren van hout. Rondom de oversteek ontstonden buurtschappen, ze waren dus bepalend voor hoe de omgeving er nu uitziet. De vlotbrug aan de zuidkant van Koedijk, Burgervlotbrug, St. Maartensvlotbrug en ’t Zand liggen er nog. Aan de noordkant van Koedijk is in 2012 de Rekervlotbrug toegevoegd als fietsverbinding. De keuze voor de aanleg van de vlotbruggen werd tijdens de aanleg van het kanaal gemaakt door waterbouwkundig ingenieur Jan Blanken. Het kanaal werd gegraven zodat zeeschepen naar Amsterdam konden varen. Daarom konden er geen bruggen gebouwd worden die de scheepvaart in hoogte zouden beperken. Het kanaal was bovendien ongeveer 40 meter breed, zodat grote zeeschepen elkaar konden passeren. Een bewegende brug maken van die afmetingen, was toen nog niet mogelijk. En dus ontwierp Blanken een dubbele houten vlotbrug, gericht op het verkeer van destijds. De bruggen kunnen vandaag de dag gebruikt worden door wandelaars, fietsers en auto’s. Zwaar verkeer moet omrijden via een van de vaste bruggen in de omgeving.  

2. Wat is er bijzonder aan deze bruggen?

De vlotbruggen in Noord-Holland zijn de enige vlotbruggen die er nog zijn in Nederland. Ooit waren er op veel meer plekken vlotbruggen, maar die zijn vervangen. Daarom staan 4 vlotbruggen in het provinciale monumentenregister: de Koedijkervlotbrug, de Burgervlotbrug, de Sint Maartensvlotbrug en de vlotbrug bij ’t Zand. De provincie beschermt monumenten op die lijst omdat ze bepalend zijn voor de identiteit van Noord-Holland. Bovendien horen de vlotbruggen echt bij het Noordhollandsch Kanaal. Het kanaal is als 1 samenhangend project aangelegd, waarin de vlotbruggen een markant onderdeel waren van het totaalontwerp.

3. Hoe werkt een vlotbrug?

In principe is een vlotbrug gesloten zodat auto’s en ander verkeer er overheen kunnen rijden. Als je met je auto of fiets de brug op rijdt, ga je eerst wat omlaag over het vaste brugdeel, de koeklep. Daarna kom je op de vlotten die op het water drijven. En ten slotte rijd je weer iets omhoog aan de overkant. Als de brug open moet voor een schip, bootje of kano, wordt de vlotbrug geopend vanuit bediencentrale Weg- & Waterhuis de Langebalk van de provincie in Heerhugowaard. Eerst zorgt de brugbedienaar dat het verkeer op het land stil komt te staan. Dat gebeurt met seinen en de bedienaar houdt dit in de gaten via camera’s. Als de brug leeg is, laat de bedienaar de slagbomen dalen die de brug afsluiten. Daarna start de bedienaar met het openen van de brug. Met kabels en katrollen worden de vlotten over het water onder de koeklep getrokken. Dit duurt in totaal iets meer dan 200 seconden. Vervolgens krijgt het vaarwegverkeer het sein dat het kan doorvaren. Daarna volgt de bedienaar dit proces in omgekeerde volgorde.

4. Waarom zijn de vlotbruggen regelmatig in storing?

Dat heeft verschillende oorzaken. In het verleden is het voorgekomen dat een schip tegen een deel van een vlotbrug aanvoer en dat de brug daardoor beschadigde. Een andere reden is dat er te zware voertuigen over de bruggen rijden. Dat levert soms meteen schade aan de brug op, zoals recent aan de Burgervlotbrug. Maar al die te zware voertuigen zorgen er ook voor dat bijvoorbeeld de kabels in de brug eerder vervangen moeten worden. Zo’n kabel kun je vergelijken met een elastiek dat elke keer extra uitrekt door een te zwaar voertuig, en uiteindelijk breekt. Het afgelopen jaar hadden de storingen ook te maken met de aanpassingen die nodig waren om de bruggen op afstand te bedienen. Het goed afstellen van alle sensoren in de bruggen vroeg veel tijd. Sensoren, die onder meer de stand van de vlotten bepalen, raakten bijvoorbeeld van slag bij plotselinge bewegingen van de vlotbruggen, zoals hoge golfslag. In een vlotbrug zitten nu veel meer sensoren, die zijn nodig voor veilige bediening op afstand. Dus de kans op een storing is wel wat groter. Maar na een aantal software-updates en het wijzigen van instellingen, blijkt het op afstand bedienen van de vlotbruggen goed te werken.

5. Waarom bouwt de provincie op de plek van de vlotbruggen geen vaste bruggen?

Omdat daar op die plekken geen ruimte voor is. De weg langs het Noordhollandsch Kanaal loopt bij de bruggen pal langs het water. Daarom is er geen ruimte om een goede op- en afrit voor een brug te maken. En verder uitwijken landinwaarts is ook geen optie, want daar staat bebouwing. Een vaste brug op een andere plek zou technisch wel mogelijk zijn. Maar zo’n vaste brug zorgt voor meer en zwaarder verkeer. Daar zijn de wegen rondom de vlotbruggen niet op ingericht. Die zouden dan dus ook allemaal aangepakt moeten worden, anders ontstaan op andere plekken problemen. Bovendien is voor een vaste brug op dit moment geen ruimte in de budgetten van de provincie, het Rijk en gemeenten. Er is gekozen voor andere wegenprojecten in de Kop van Noord-Holland. Daarnaast zijn de bruggen beschermd als monumenten, dus weghalen mag ook niet zomaar.

Om te kunnen reageren moet u eerst inloggen.

Heeft u gevonden wat u zocht?

2025 © Alle rechten voorbehouden.