Ganzen in Noord-Holland
Nederland is een paradijs voor ganzen. Er is hier veel open water en de graslanden bestaan uit sappig en eiwitrijk gras – precies wat ze zoeken. Vroeger kwamen ganzen alleen in de winter naar Nederland en vlogen dan weer verder. Maar de laatste jaren blijven steeds meer ganzen het hele jaar door, ook in Noord-Holland. Er leven nu wel 150.000 ganzen in de provincie (standganzen). In de winter komen daar ook nog eens ganzen uit andere landen (trekganzen) bij.
Problemen door ganzen
Ganzen horen bij Noord-Holland. Maar er zijn er nu zo veel, dat ze problemen veroorzaken. Ganzen eten namelijk niet alleen gras, maar ook gewassen van boeren, zoals granen, sla of broccoli. De provincie Noord-Holland komt boeren tegemoet door een deel van de schade te betalen. Deze schadevergoedingen kosten de provincie veel geld. In natuurgebieden zorgen ganzen voor overbegrazing van oevers en rietlanden, wat slecht is voor andere planten en dieren. In recreatiegebieden vervuilen ganzen het zwemwater. En bij Schiphol vormen de ganzen een risico voor de vliegveiligheid. Daarom is er een plan om de ganzenpopulatie te beheren.
Ganzenplan
In Noord-Holland zorgt de Faunabeheereenheid Noord-Holland (FBE) voor een plan om de overlast van wilde dieren te verminderen. De FBE is een zelfstandige stichting met een maatschappelijke taak. Die taak is in de wet vastgelegd. Op dit moment werken de faunabeheereenheden Noord-Holland, Zuid-Holland, Flevoland, Utrecht en Zeeland aan één interprovinciaal faunabeheerplan Ganzen 2025 – 2031. Ganzen vliegen immers gewoon over provinciegrenzen heen. In dit plan staat waarom beheer van ganzen noodzakelijk is en volgens welke wettelijke kaders dat gebeurt. De betrokken provincies moeten dit plan goedkeuren.
Er wordt eerst gezocht naar manieren om ganzen te verjagen, met bijvoorbeeld lasers, linten, honden of geluid. Als verjagen niet genoeg werkt om schade te voorkomen, worden er maatregelen genomen om het aantal ganzen te verminderen. De ganzen worden gedood door ze te schieten of vergassen. Dit laatste gebeurt bijvoorbeeld door de ganzen te vangen tijdens hun rui, wanneer ze niet kunnen vliegen (ruivangsten). Er wordt constant gekeken of de gebruikte methoden het meest efficiënt zijn volgens de laatste wetenschappelijke inzichten.
Faunabeheerders
Faunabeheerders zijn jagers die vrijwillig het faunabeheerplan uitvoeren. Ze zijn regionaal verenigd in wildbeheereenheden. Ze werken samen met grondeigenaren en zorgen ervoor dat de ganzen op een veilige en wettige manier worden verjaagd of gedood. Voor deze taak hebben ze een speciale jachtakte nodig en moeten ze goed getraind zijn. De politie controleert of alles volgens de regels gaat.
Benutten van ganzenvlees
Een klein deel van de gedode ganzen wordt gebruikt voor consumptie, bijvoorbeeld als specialiteit in restaurants. Het overgrote deel van de gedode ganzen wordt momenteel vernietigd. Duurzame afzetmogelijkheden zijn nog erg beperkt. Dit vindt de provincie Noord-Holland zonde, want ganzenvlees is eiwitrijk en geschikt voor consumptie.
In opdracht van de provincie heeft het Slow Food Youth Network (SFYN) uitgezocht hoe de wilde gans een positieve rol kan spelen in de voedselkringloop. In de rapportage (pdf, 3,37 MB) van SFYN staan manieren beschreven om het vlees te benutten van de ganzen die gedood worden omdat de populatie moet worden verkleind. Het benutten van ganzenvlees is in lijn met de Voedselvisie van de provincie Noord-Holland. In deze Voedselvisie staat onder andere beschreven dat we verspilling willen tegengaan, kringlopen en korte ketens op regionaal niveau willen en dat minimaal 25% van wat er op ons bord ligt uit de provincie afkomstig is.
Voorkomen van overlast en dierenleed
Als ganzen worden verjaagd of geschoten, kan dit overlast veroorzaken. Zeker in een dichtbevolkte provincie zoals Noord-Holland. Omwonenden of voorbijgangers die denken dat er regels worden overtreden, kunnen de faunakalender van de FBE Noord-Holland raadplegen. Hierin staat precies wat wel en niet is toegestaan. Twijfelt u of de regels worden nageleefd, dan kunt u contact opnemen met de Omgevingsdienst Noord-Holland Noord. Deze dienst controleert of faunabeheerders zich aan de vergunningen en ontheffingen houden. Voor vragen over het veilige en correcte gebruik van het geweer is de politie het eerste aanspreekpunt.
Soms kan het gebeuren dat een gans niet meteen overlijdt na een schot. Een jager doet altijd zijn best om een dier zo snel mogelijk uit zijn lijden te verlossen. Toch komt het incidenteel voor dat een gewonde vogel wegvliegt, uit het zicht van de jager raakt, en daardoor niet gevonden wordt. Mocht u zo’n gewonde gans vinden, neem dan contact op met de FBE. Zij helpen u om contact op te nemen met de Wildbeheereenheid in de buurt.
U kunt ook terecht bij een vogelopvangcentrum dat ervaring heeft met de opvang van wilde dieren. Zij weten de juiste stappen en kunnen contact leggen met de Wildbeheereenheid. Meestal zal het dier dan snel uit zijn lijden worden verlost. Het is verboden om zelf gewonde wilde dieren te verplaatsen, omdat dit stress en extra leed kan veroorzaken.