Reageer op windmolengebieden Amsterdam

Gemeente Amsterdam nodigt inwoners en omwonenden uit om hun mening te geven over plaatsing van windmolens.

Als onderdeel van de regionale energiestrategie (RES) Noord-Holland Zuid wil de gemeente Amsterdam de komende jaren fors investeren in duurzame en schone alternatieven voor fossiele brandstoffen. Windenergie is daarbij onmisbaar. De provincie Noord-Holland is het bevoegd gezag als het gaat om de vergunning van windmolens tussen 5 en 100 megawatt. Omdat de provincie het belangrijk vindt dat de omgeving goed wordt betrokken bij dit soort plannen, brengt de provincie deze inspraakmogelijkheid onder de aandacht.  

De plannen 

Voor windenergie is het doel om in 2030 binnen de gemeentegrenzen 127 megawatt op te wekken. Dit is voldoende elektriciteit voor circa 145.000 huishoudens. Om dit doel te bereiken, zijn er afhankelijk van de hoogte van de turbines circa 4 tot 8 extra windturbines nodig. De gemeente wil het plaatsen van één of meer windturbines mogelijk maken in de volgende gebieden:  

  • Havengebied (westelijk van de Ring A10)   
  • Diemerscheg   
  • Weesperkarspel-Gein   
  • De Zuidoostelijke oever van de Gaasperplas   
  • Knooppunt Holendrecht, aan de oostkant van de A2.   

Bij het selecteren van gebieden voor windturbines is goed gekeken naar de gevolgen voor de omgeving, zoals geluid, slagschaduw, veiligheid, natuur en landschap. Er is zorgvuldig onderzoek gedaan in een milieueffectrapport. De participatie en inspraak van de afgelopen jaren in verschillende beoogde gebieden hebben ook een belangrijke rol gespeeld bij deze onderzoeken en de uiteindelijke keuze. Het is en blijft een uitgangspunt van de gemeente om zoveel mogelijk turbines in de haven te plaatsen, vanwege de beperkte gevolgen voor mens en natuur. De gemeente werkt nauw samen met Port of Amsterdam om de ruimte zo goed mogelijk te benutten.

Een van de belangrijkste afwegingen in de keuze voor deze gebieden is dat er geen onaanvaardbare schade aan de gezondheid van omwonenden en nabijgelegen natuur mag ontstaan. Zo wordt bijvoorbeeld in de aangewezen gebieden gekozen voor plaatsing van de turbines op relatief grote afstand tot geluidsgevoelige bebouwing, om eventuele geluidshinder zoveel mogelijk te beperken. 

In het ontwerp-Programma Windenergie Amsterdam 2030 staan de voorwaarden die aan de ontwikkelaars en ontwikkeling van windprojecten worden gesteld. Zo moeten initiatiefnemers zorgvuldig en vroegtijdig participatie organiseren en hierover tijdig communiceren. Daarnaast zet de gemeente in op zoveel mogelijk coöperatieve projecten waar buurtbewoners kunnen profiteren van lokaal opgewekte energie. De voorstellen en de inspraakpagina zijn te vinden op www.amsterdam.nl/windenergie.

Meedenken door zienswijze in te dienen 

Het ontwerp-rogramma Windenergie Amsterdam 2030 ligt van 23 mei tot 17 juli voor ter inspraak en beschrijft hoe de gemeente de doelen voor het opwekken van windenergie wil behalen en stelt voorwaarden aan de ontwikkeling van windprojecten. Het is mogelijk om tot 17 juli 2024 zowel per post, digitaal als mondeling een reactie te geven op de plannen. Alle reacties worden samengevat en beantwoord in een Nota van Beantwoording. Iedereen die een zienswijze heeft opgestuurd, wordt hierover geïnformeerd. Het college van burgemeester en wethouders neemt naar verwachting eind 2024 een besluit. Alle opgestuurde zienswijzen kunnen invloed hebben op dit besluit. 

Op 11 juni van 20.00 tot 21.00 is er een digitale presentatie van de plannen door gemeente Amsterdam. Deze is ook later terug te kijken. Ook zijn er 4 informatiemarkten.

Rol van de provincie  

De provincie is bevoegd gezag voor windparken met een vermogen van 5 tot 100 megawatt in Noord-Holland. De provincie dient op grond van de Omgevingswet een projectbesluit te nemen bij het mogelijk maken van een windpark waarvoor zij het bevoegd gezag is. Hiervoor is het voor zowel de provincie als de gemeente Amsterdam belangrijk om te weten wat de omgeving belangrijk vindt als er meer windturbines komen.

Windmolens in Amsterdam